proberen niet op te vallen en niemand boos te maken’, perfectionisme, fatalisme

Angst voor straf is een breed onderwerp en daarom hebben we dit opgesplitst. Onderwerpen die te maken hebben met eeuwige straf, zoals ‘angst voor de hel’, ‘zonde tegen de Heilige Geest’ en ‘wie God verlaat heeft smart op smart te vrezen’, komen op de betreffende pagina´s aan de orde. Ook binnen het thema ‘extern gezag’ kan angst voor straf een rol spelen en dit wordt eveneens besproken op de betreffende pagina. Op déze pagina zoomen we in op de meer ‘alledaagse’ vorm van ‘angst voor straf’, die zich meestal uit als ‘angst voor afwijzing’, ‘angst om te falen’ en ‘angst om gezien te worden’. Kortom: het gaat om de vraag: ben ik wel goed genoeg? 

God ziet alles

Wanneer je religieus bent opgevoed, kan het zijn dat je leerde leven met het idee dat God vanuit de hemel toekeek en alles wist van wat je deed, sprak, dacht, voelde en droomde. Dit kan ervoor gezorgd hebben dat je een hoog zelfbewustzijn hebt ontwikkeld. Je bent als het ware ook naar jezelf gaan kijken en denkt na bij alles wat je doet, zegt, denkt en voelt.

Dit voortdurend screenen van jezelf zie je zowel bij kinderen met een straffend godsbeeld als bij kinderen met een liefdevol godsbeeld. Je wilt dat het góed is! Je wilt God niet teleurstellen. Mogelijk reageer je zelden of nooit primair op situaties, maar is je reactie eerst geanalyseerd en aangepast aan verwachtingen en draagkracht van de omgeving. Deze vorm van zelfcensuur kan een sterk remmende werking hebben op je zelfexpressie, spontaniteit en creativiteit en kan je het gevoel geven in een kramp te leven of op eieren te lopen.

Zelfcencuur

Zelfcensuur lijkt vanuit de bijbel aangemoedigd te worden. In Matteüs 5, de Bergrede, staat bijvoorbeeld dat wanneer je rechteroog of je rechterhand je tot zonde verleidt je deze maar moet uitrukken of afhakken, want je kunt deze beter verliezen, dan met een compleet lichaam in de hel terechtkomen. Een hoge bereidheid tot zelfcensuur kan het kerkelijk gezag veel macht geven.

Zelfcensuur kan ook zorgen voor keuzestress. Hoe weet je dat je de juiste keuze maakt? Stel je bent ziek en krijgt medicatie voorgeschreven. Mag je die dan zomaar innemen? Als je gelooft dat God toestond dat jij ziek werd, dan geloof je mogelijk ook dat Hij jou door je ziekte iets wil geven of leren? Misschien mag je een getuige zijn van Gods kracht door – dankzij Gods Geest – geduldig en blijmoedig je ziekte te dragen. Of mag je juist dankbaar gebruik maken van de medicijnen die er zonder Gods inspiratie en kracht niet waren geweest? Uiteindelijk besluit je misschien om de angst om het fout te doen te bezweren door alles biddend te doen. Zo van: “God, wanneer het Uw bedoeling is dat deze pil in mij zijn werk doet, wilt U deze pil dan zegenen? En wanneer het Uw bedoeling is dat ik ziek blijf, wilt U dan voorkomen dat de pil zijn werk zal doen en mij vergeven omdat ik de pil heb ingenomen?” Zo probeer je de eindverantwoordelijkheid – onbewust – te leggen bij Degene van wie je leerde dat Die er uiteindelijk over zal oordelen.

Bedreigend godsbeeld

Wanneer je een straffend of bedreigend godsbeeld hebt of had, kan dit de angst voor straf en afwijzing hebben vergroot. Als iemand belangstellend aan je vraagt ‘wat ben je aan het doen?’ kan het zijn dat jij schrikt en je afvraagt of je het wel goed genoeg doet. Je voelt je misschien snel veroordeeld, als zei diegene beschuldigend: ‘wat ben jíj nou aan het doen!?’ Je kunt zelfs bang zijn om gezien en gehoord te worden.

Je voelt je misschien nog het meest veilig

wanneer niemand je ziet.

Deze programmering kan eenzaamheid veroorzaken, omdat het indruist tegen de natuurlijke behoefte om gekend en gezien te worden.

Behoeften en strategieën

Bij ‘angst voor straf’ heb je te maken met enkele universele, natuurlijke behoeften die haaks op elkaar lijken te staan, met name wanneer ‘gezien worden’ gelijk staat aan ‘veroordeling’/’onveiligheid’. De behoefte om veilig te zijn aan de ene kant en de behoefte om gekend te zijn en de behoefte tot zelfexpressie aan de andere kant. Afhankelijk van je karakterstructuur, je omstandigheden, je omgeving en de mate van dreiging die je ervaart vanuit je godsbeeld en/of de groep, kies je (onbewust) welke behoefte je vooral probeert te vervullen.  Er kunnen enkele overlevingsstrategieën zijn die je hebt ontwikkeld. We noemen er enkele onder het kopje ‘gevolgen’. Misschien herken je er wel één of meerdere. Het kan zijn dat je in de ene situatie voor het één en in een andere situatie voor het andere kiest. Ook in de loop van je leven kan dit veranderen.

Gevolgen

  • Onzichtbaar proberen te zijn (‘grijze muis’ of ‘muurbloempje’)
  • Je ongemakkelijk voelen bij aandacht
  • Plaatsvervangende schaamte voelen wanneer iemand anders de aandacht trekt
  • Niet gehoord/gezien durven worden, maar hier tegelijkertijd naar verlangen
  • Jaloers zijn wanneer anderen aandacht krijgen
  • Fatalisme, menen dat men je toch wel zal afwijzen/veroordelen
  • Onverschilligheid, ‘gewoon’ doen wat je zelf wilt
  • Provocatief gedrag
  • Het gevoel te hebben alsof je leven er vanaf hangt dat de ander jouw gunstig gezind is/blijft
  • Niet goed tegen ontevredenheid, teleurstelling of kritiek van anderen kunnen
  • Gericht zijn op het behagen van anderen
  • Beter weten wat de ander wil dan weten wat je zelf wilt
  • Dubbelleven leiden
  • Schijn ophouden
  • Angst om door de mand te vallen
  • Perfectionisme
  • Oververmoeid, overspannen, burned-out raken
  • Depressie
  • Angst voor boosheid/boze mensen/conflicten
  • Angststoornissen