Ook wanneer je oprecht gelooft dat de overtuigingen zoals genoemd op de pagina ‘oorzaken‘ wezenlijk goed zijn, kan je iets doen om te voorkomen dat deze overtuigingen jou of anderen kwetsen of beschadigen.
Van elke (levens)overtuiging, hoe wezenlijk goed deze ook is, kan misbruik worden gemaakt wanneer deze wordt doorgetrokken tot in het extreme. Daarom is het belangrijk dat je dit probeert te voorkomen door genuanceerd te blijven en door open te staan voor de beleving van de ander. Dit betekent niet dat je de beleving van de ander overneemt, maar het maakt wel dat je beter rekening kunt houden met de ander. En zo ontstaat er al wat meer ruimte om anders te zijn en anders te denken.
Dit is belangrijk, omdat veel strijd en onrecht ontstaat wanneer mensen geloven dat er slechts één manier is. In het vuur van dergelijke gevechten om de waarheid kunnen mensen diep gekwetst en beschadigd raken.
Geloof gerust in één waarheid
Toch willen wij niemand verbieden om te geloven dat er slechts één waarheid is. Wij geloven namelijk niet alleen dat ieder vrij is om de eigen waarheid te kiezen. We geloven ook dat we allemaal vrij zijn in onze eigen ‘waarheidsbeleving’. Dit betekent dat de één misschien vindt dat het niet uitmaakt wat je gelooft (‘ieder het zijne’), terwijl de ander gelooft dat het wel degelijk verschil maakt, omdat er maar één juiste visie is (‘ieder het mijne’ of, zoals men dit ook wel ervaart: ‘ieder het Zijne’, waarbij men dan de waarheid van God bedoelt).
Wanneer jij iemand bent die gelooft dat er ten diepste maar één waarheid is, ben je iemand die zich op psychosociaal gebied in de ‘gevarenzone’ bevindt. Niet alleen kan je zelf extra leed en pijn ervaren wanneer een geliefde op een andere manier tegen het leven aankijkt, je kunt ook extra leed en pijn veroorzaken door de zienswijze van de ander af te (moeten) wijzen als wezenlijk fout. Het kan al helpen om je hiervan bewust te zijn.
Wanneer mensen onmacht ervaren, kan er relatief eenvoudig onrecht ontstaan. Voor je het weet voel je je beschuldigd of heb je zelf iemand beschuldigd. Om te voorkomen dat je degene die een keuze maakt die jou pijn doet (onbewust) beschuldigd van de pijn die je voelt naar aanleiding van je zelfgekozen levensvisie, is het belangrijk dat je over jouw pijn praat met mensen die je begrijpen. Vaak zijn dat gelovigen binnen dezelfde groepering, maar mocht dit niet zo zijn, zoek ze dan op in andere groeperingen. Zorg dat voor jou de ruimte komt om je onmacht te uiten op een veilig manier, zodat er geen nieuw onrecht wordt veroorzaakt.
Omdat veel van de verschijnselen van RTS ontstaan wanneer je te maken krijgt met twijfel, kerkverlating en/of geloofsverlies bij jezelf of een geliefde, vindt het onrecht (de hardste verwijten) vaak plaats in gesprekken op de grens van de kerk. Inge Bosscha is RTS- deskundige en heeft een serie gemaakt met communicatietips voor kerkblijvers en kerkverlaters. In deze serie zijn veel tips te vinden over hoe onrecht en pijn te voorkomen bij elkaar. Klik om deze serie te bekijken of op te slaan voor later: >KLIK<
Een voorbeeld uit de praktijk
Stel dat jij gelooft dat homoseksualiteit een gruwel is in Gods ogen en dat homo’s daarom geen relatie mogen hebben. Je bidt voor homo’s, omdat je begrijpt dat het leven zonder partner zwaar kan zijn.
Dan vertelt een homo uit je gemeente dat hij een vriend heeft en dat hij gelooft dat hun liefde van God komt.
Gezien jouw overtuiging, zal deze mededeling veel bij je oproepen. Het is begrijpelijk dat je reageert op een manier waaruit blijkt dat je strijd ervaart. (Denk aan de geestelijke strijd, zoals hier beschreven: >KLIK< )
Je zegt misschien dat deze personen Gods woord niet op de juiste manier lezen, dat ze misleidt zijn of dat ze een andere keuze zouden maken wanneer ze écht naar God zouden luisteren.
En in al deze reacties klinkt het oordeel dat de ander minder goed naar God luistert dan jij. Een begrijpelijk oordeel, maar wel een oordeel waarmee de integriteit van de ander in twijfel wordt getrokken. Dit kan zeer pijnlijk zijn voor de ander.
Je kunt ook reageren op een manier waarbij je recht doet aan jezelf én aan de ander. Een gelovige vrouw die hier veel mee geoefend heeft deed dit met deze woorden:
“Ik vind dit moeilijk om te horen, want ik kijk hier anders tegenaan. Maar ik erken dat we beiden mensen zijn die beiden zo goed mogelijk proberen te leven zoals we geloven dat God dit van ons vraagt. Ik merk dat ik niet goed blij voor jullie kan zijn, maar ik gun jullie mensen die dit wel kunnen. Ik wens jullie alle goeds en Gods zegen en ik weet dat Hij groter is dan jouw en mijn godsbeeld bij elkaar.”
Erken dat jij soms niet degene bent om te helpen/luisteren. Verwijs gerust door naar iemand die dit wel kan, daarmee gun je iemand wat je zelf niet kunt bieden.
Je mag je leer koesteren, maar kijk uit dat je er niet iemand mee om de oren slaat.